Ik moest vandaag aan dit flauw mopje denken (hier enigszins gekuist weergegeven):
Een jager wil op beren jagen en gaat naar het bos. Hij ziet een beer, schiet, maar ziet dan de beer niet meer. Hij wordt op de schouder getikt. Hij draait zich om en ziet de beer die zegt “Als je wil blijven leven zul je mij moeten plezieren.” De jager kiest er voor te blijven leven. Hij gaat naar huis, koopt een groter geweer en gaat de volgende dag weer naar het bos. Hij ziet dezelfde beer, schiet, is hem kwijt, wordt op de schouder getikt en moet weer aan de slag. Thuis koopt hij een een nog groter geweer en de volgende dag gaat hij weer naar het bos. Hij ziet weer de beer en schiet. En weer geen beer meer. Hij wordt op de schouder getikt en de beer zegt: “Jij komt hier helemaal niet om te jagen, hè?”
Vervang in het mopje hierboven ‘jager’ door ‘leeuw’, ‘beer’ door ‘prooi’ (of ‘wolf’) en ‘jij komt hier helemaal niet om te jagen’ door ‘jij komt hier helemaal niet om te winnen’ en je hebt ongeveer de situatie van het huidige Nederlands kampioenschap dammen. Nu wil ik niet insinueren dat op de beddenafdeling van Jansen Totaal Wonen dammers liggen te rollebollen, maar duidelijk is dat de leeuwen de prooien/wolven verscheidene malen hebben laten ontsnappen. Al in de eerste ronde hadden Alexander Baljakin en Martijn van IJzendoorn een mogelijkheid om toe te slaan tegen Jos Stokkel en Wim Kalis, maar konden ze de winst niet vinden. In ronde 3 liet Martijn na om de gewonnen stand tegen Niek Kuijvenhoven te verzilveren en in de vijfde ronde liet Alexander Anton van Berkel glippen. Dat waren allemaal remise gelopen winstmogelijkheden. In de vierde ronde had Alexander zelfs moeten verliezen van Wouter Sipma door een babyzetje. Maar ook Wouter (wolf (niet Wolff)) deed mee met het foutenfestival.
Dit is des te opmerkelijker daar zowel Alexander als Martijn zelden kansen aan zich voorbij laten gaan. Ondertussen heeft de derde leeuw, Jan Groenendijk, al een paar slachtoffers gemaakt en nog geen winstkans onbenut gelaten. Het toernooi is nog niet halverwege, dus voor conclusies is het nog te vroeg, maar de vorm die Alexander en Martijn de afgelopen jaren lieten zien, lijkt nog niet aanwezig. Hopelijk kan Martijn later dit jaar op het wereldkampioenschap pieken. Op het dambord welteverstaan.
Eric Sanders